Wil je meer weten over de import van waterstof en energiediplomatie? In dit interview praat Han Feenstra je bij over de Kamerbrief van 2 juni. Han is één van de grondleggers van het Nationaal Waterstof Programma en werkt bij EZK als programma manager en senior beleidsmedewerker.
De waterstofmarkt is nog enorm in ontwikkeling. In deze beginfase moeten wij als overheid een actieve rol pakken door de ontwikkeling van waterstof te stimuleren met beleid en investeringen en door regie te nemen met het organiseren van missies. Door uit te stralen dat Nederland waterstof belangrijk vindt, kunnen wij ons positioneren als een belangrijk importland.
Kan je wat over jezelf vertellen?
Sinds 2009 woon ik in Den Haag en werk ik als senior beleidsmedewerker bij het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK). In 1985 ben ik Sinologie aan de Universiteit Leiden gaan studeren. Dat werd toen een populaire studie, China ging steeds verder open en ik wilde het avontuur aangaan door daar te wonen en werken. Tijdens mijn studie heb ik een jaar in Taiwan gestudeerd en gewerkt en na mijn studie heb ik met een beurs een jaar in China gestudeerd. Ik was de eerste Nederlandse student in de stad Changchun en zat daar tussen de Russen, Noord-Koreanen en studenten uit Afrika. Dat was een prachtig avontuur en een hele mooie ervaring.
Kan je meer vertellen over je werkervaring in Taiwan en China?
In 1995 vond ik een baan op de Handelsafdeling bij de Nederlandse vertegenwoordiging in Taiwan. Na twee jaar heb ik nog 3 jaar op hetzelfde kantoor als area director voor het Netherlands Foreign Investment Agency (NFIA) gewerkt. Vervolgens heb ik in Den Haag op het hoofdkantoor gewerkt, om daarna in 2004 naar Shanghai te gaan om NFIA in China op te zetten. In de vijf jaar dat ik daar werkte heb ik NFIA kantoren opgezet in de posten in Shanghai, Peking en Guangzhou. Ik heb toen heel veel Chinese bedrijven bezocht en Nederlandse delegaties ontvangen die op zoek waren naar Chinese investeerders.
Hoe ben je als beleidsmedewerker bij EZK begonnen?
In 2009 ben ik terug gegaan naar Den Haag, het beleidswerk sprak mij erg aan en ik wilde een nieuwe stap in mijn carrière zetten. Ik kon bij EZK aan de slag als senior beleidsmedewerker bij het team Internationaal Energiebeleid van de directie Energiemarkt. Later ging ik ook in het gascluster werken, met name op het terrein van duurzame gassen.
Je hebt veel waterstofervaring, kan je daar meer over vertellen?
Eind 2015 had ik bij EZK voor het eerst contact met bedrijven over waterstof en de belangstelling groeide snel, zo werkten we in 2017 al aan de routekaart waterstof met TKI Nieuw Gas. Rond 2018 werd waterstof voor mij het dominante onderwerp. In 2019 is het klimaatakkoord gepresenteerd met een apart rapport over waterstof. Dit rapport bracht de belangrijkste zaken in kaart die nodig zijn voor ontwikkeling van waterstof. Op basis hiervan heb ik met een aantal collega’s gewerkt aan de kabinetsvisie waterstof die op 30 maart 2020 is gepubliceerd. In de kabinetsvisie waterstof worden de hoofdlijnen uitgezet voor het te vormen waterstofbeleid.
Het Klimaatakkoord en de kabinetsvisie waren ook de basis voor het Nationaal Waterstof Programma (NWP) waarvoor ik in de voorbereiding heb geholpen. In januari 2022 is het NWP van start gegaan. Ik ben me toen meer gaan concentreren op de volgende stap in de waterstofstrategie, namelijk de voorbereidingen op de import van waterstof. Inmiddels werken we met een team van collega’s aan dit onderwerp.
Waarom ben je enthousiast over waterstof?
Het mooie van waterstof is dat er enthousiasme en draagvlak is vanuit de hele samenleving. Waterstof wordt gedragen door veel enthousiaste bedrijven, burgers en instellingen en dus niet alleen door een paar grote energiebedrijven. Het is een onderwerp waarbij je ziet dat mensen veel handelingsperspectief hebben. Tot slot is waterstof een belangrijke schakel in de oplossing voor de energietransitie. Eigenlijk is alles wel te doen met waterstof, niet dat we dat gaan of moeten doen, maar het gegeven dat het kan is hoopvol. De combinatie van dat je voelt dat we in Nederland veel in handen hebben, samen met de grote uitdaging en de mondiale dynamiek maakt waterstof zo’n mooi onderwerp.
Kan je meer vertellen over de Kamerbrief energiediplomatie en import van waterstof waar je aan hebt gewerkt?
In de Kamerbrief energiediplomatie en import van waterstof van 2 juni lees je wat de visie is van het kabinet en de overheid op de import van waterstof. Je leest hoe we de import van waterstof willen vormgeven en over hoe we energiediplomatie willen inzetten om duurzaam samen te werken met diverse exporterende landen. We moeten daarbij zorgen niet te afhankelijk te worden van één land of een kleine groep landen.
Wat is energiediplomatie eigenlijk?
Met energiediplomatie werkt Nederland actief aan een wereldwijd netwerk van partners om de grootschalige import van waterstof op gang te brengen. We verkennen interessante waterstoflanden en -bedrijven in het buitenland waarmee de Nederlandse energiesector kan samenwerken. Voorheen lag de nadruk op handelsbevordering, dus het faciliteren van Nederlandse bedrijven op buitenlandse markten. Nu komt daar een extra dimensie bij, het voorbereiden van de toekomstige leveringszekerheid van duurzame waterstof. We willen de geproduceerde waterstof ook importeren naar Noordwest-Europa. Daarnaast kunnen wij sommige exporterende landen ook helpen met het ontwikkelen van hun eigen waterstofbeleid.
Een goed voorbeeld van energiediplomatie is de reis van premier Rutte in juni naar Namibië, Zuid-Afrika en Marokko om de productie, toepassing en de export van hernieuwbare waterstof in die landen te stimuleren. Het gaat er niet alleen om dat Nederland waterstof op termijn kan importeren. Het is met het oog op de mondiale klimaatopgave ook essentieel dat exporterende landen hun eigen economieën verduurzamen met de zonnepanelen, windparken en elektrolysers die worden geïnstalleerd. Het is daarom belangrijk dat die toekomstige ketens bijdragen aan de Sustainable Development Goals in zowel de exporterende als de importerende landen.
Waarom willen wij in Nederland waterstof importeren?
Ten eerste wordt de binnenlandse vraag naar waterstof groter dan onze eigen productiecapaciteit. Er gaat veel vraag komen vanuit de industrie. Er is niet alleen een grote behoefte aan waterstof vanuit de bestaande industrie, maar er gaat ook veel vraag komen vanuit nieuwe industrie. Denk aan de productie van synthetische brandstoffen, nieuwe chemische producten en groen staal. Daarnaast is er veel waterstof nodig in de transportsector, bijvoorbeeld voor de scheepvaart en het zware wegvervoer. Ten tweede heeft de industrie in Noordwest-Europa en m.n. in Duitsland veel waterstof nodig. Die waterstof zal veelal via Nederlandse havens worden geïmporteerd, om vervolgens te worden bewerkt en verder vervoerd te worden.
Hoeveel waterstof moet er geïmporteerd worden?
CE Delft heeft onderzoek gedaan en heeft de Europese doelen en verplichtingen gebruikt om een schatting te maken. Zij geven aan dat 40% tot 70% van de totale hoeveelheid waterstof in Nederland geïmporteerd moet worden. Hoeveel er precies nodig is gaat afhangen van hoe de Europese verplichtingen gaan uitwerken, van de beslissingen in de industrie en van nog veel meer factoren.
Waarom is Nederland een belangrijk waterstof import land?
Nederland is met zijn havens en infrastructuur een belangrijke toegangspoort tot de Europese waterstofmarkt. We werken intensief samen met Duitsland, België en andere Europese landen. Daarnaast is Nederland een land waar ook echt iets gebeurt. Met projecten als het waterstofnetwerk Nederland van Gasunie, de Delta Rhine Corridor en de 200 MW elektrolyser van Shell loopt Nederland voorop in de waterstofontwikkeling. Kortom, Nederland biedt toegang tot een grote afzetmarkt in Europa, werkt aan een goede import infrastructuur en zet actief in op de ontwikkeling van waterstofproductie en technologie. Exporterende landen zien Nederland daarom als een belangrijke handelspartner.
Uit welke landen gaan we waterstof importeren?
Wij denken dat er corridors gaan komen met landen binnen en buiten Europa. Binnen Europa zijn er landen met veel waterstof potentie. Denk daarbij aan Spanje en Portugal, waar veel zonne-energie en windenergie opgewekt kan worden. Er zijn ook bedrijven die naar Noorwegen, Zweden, Schotland en zelfs IJsland kijken. De grotere volumes zullen waarschijnlijk van buiten Europa komen. Er zullen in eerste instantie via scheepsroutes corridors ontstaan tussen Nederland en de VS, Canada, het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Verder zijn er landen in Zuid-Amerika en zuidelijk Afrika die een kans krijgen om hun economie verder te ontwikkelen met de export van waterstof, denk daarbij aan landen als Namibië, Zuid-Afrika, Brazilië en Chili.
Wat is de rol van de overheid bij de import van waterstof?
Als overheid hebben wij een belangrijke rol in het uitleggen van beleid en het verzorgen van de randvoorwaarden, zoals certificering, veiligheid, infrastructuur en financiële ondersteuning. Daarnaast nemen wij bedrijven en instellingen mee naar het buitenland, zodat zij partners kunnen ontmoeten. In veel van deze landen zit ook de overheid aan tafel. De waterstofmarkt is nog enorm in ontwikkeling. In deze beginfase moeten wij als overheid een actieve rol pakken door de ontwikkeling van waterstof te stimuleren met beleid en investeringen en door regie te nemen met het organiseren van missies. Door uit te stralen dat Nederland waterstof belangrijk vindt, kunnen wij ons positioneren als een belangrijk importland. Verder is het belangrijk om te beseffen dat veel landen zelf contact willen met Nederland, mede op basis van het verkennende werk dat het Havenbedrijf Rotterdam de afgelopen jaren in de wereld heeft verricht.
Hoe kan de overheid de import van waterstof stimuleren?
De overheid stimuleert de import van waterstof met duidelijke regelgeving en instrumenten, zoals IPCEI (Important Projects of Common European Interest) en H2Global. Op dit moment is H2Global een belangrijk initiatief om de import van waterstof te stimuleren. Nederland verleent € 300 miljoen subsidie om de import van waterstof richting Noordwest-Europa een boost te geven. H2Global is een Duits publiek-privaat initiatief dat de waterstofmarkt op gang brengt door het geven van zekerheid aan producenten en door het wegnemen van de prijsrisico’s voor inkopende partijen. Zeker in de beginfase zijn dit soort initiatieven nodig om de import van waterstof goed van de grond te krijgen.
Verder helpen we natuurlijk samen met Buitenlandse Zaken en RVO bedrijven die geïnteresseerd zijn om mogelijkheden in het buitenland te verkennen. Dat doen we door kennis te delen via de NWP import themagroep en het Platform Waterstof Internationaal (PWI). Verder werken we samen met relevante partijen uit de gehele import keten in het Sustainable Hydrogen Import Program Netherlands (SHIPNL).
Hoe zie jij de import van waterstof voor je richting 2030?
Op kleine schaal komt de komende jaren waarschijnlijk de eerste waterstof in de vorm van ammoniak en misschien methanol in de Nederlandse havens aan. Op termijn zal er een mix van waterstofdragers worden geïmporteerd, zoals Liquid organic hydrogen carriers (LOHC’s) en vloeibare waterstof. Zo rond 2030 zijn de eerste terminals gevuld en is de import op gang gekomen. Hoe alles er precies gaat uitzien hangt nog van veel factoren af, bijvoorbeeld hoe de Europese regelgeving vorm krijgt, de verplichtingen in de industrie en of de infrastructuur op tijd klaar is. Er is nog heel veel werk te verrichten. Als overheid kunnen wij met duidelijk beleid en wet- en regelgeving voor goede randvoorwaarden zorgen en met energiediplomatie kunnen wij Nederland gunstig positioneren ten opzichte van andere importlanden.